|
Navigatie: / home / krantenknipsels / oude raedthuys
Het Raedthuys, cafe of raadzaal?
Een mooi verhaal uit een nog niet zo ver verleden over geheimen die dat niet zijn, gemeentearchieven tussen de was, en een cafe die een raadzaal was...
Artikel uit de Friese Koerier van 03-05-1957
Bestuur der gemeente en kastelein onder één dak
Dorp luistert mee als de raad vergadert
COTHEN — Wanneer een inwoner van Cothen, een vriendelijk plaatsje in de zuidoosthoek van de provincie Utrecht tegen zijn
gade zegt: „Ik ga even naar het raadhuis," dan kan het gebeuren, dat vrouwlief bedenkelijk gaat kijken. Waarschijnlijk piekert ze
dan over de vraag: welke deur zou 'ie binnen gaan, de voor- of de zijdeur? Want al liggen die deuren slechts enkele meters van
elkaar verwijderd, er tussen gaapt een kloof, die reikt van strenge ambtelijkheid tot frivool vermaak: de voordeur geeft toegang
tot de gemeentesecretarie, de zijdeur tot de gelagkamer van café „'t Raedhuis", waarin
— naast de welvoorziene tapkast — ingelijst en achter glas een akte hangt die bevestigt, dat hier sterke drank per glas en per maat
mag worden gesleten...
Om alle misverstand bij voorbaat te verhinderen; die „volledige vergunning" geldt uitsluitend voor de achterkamer aan de
westzijde van het perceel, kadastraal bekend gemeente Cothen, sectie no. 512, oppervlakte veertig vierkante meter— de gelagkamer,
om het begrijpelijker uit te drukken.
Cothen is een klein, bijna vijftienhonderd inwoners tellend dorp, gelegen aan boorden van de Kromme Rijn, één
van Nederlands schoonste riviertjes. Het
ligt in een ietwat vergeten hoek van de
provincie en die afgelegenheid heeft
natuurlijk een zeker stempel op de Cothenaren gedrukt. Zuinigheid en behoudendheid zijn er in het oog springende kenmerken van.
Honderd jaar geleden werd In Cothen een „groot" gebouw neergezet, dat het huis der gemeente
moest worden. En toen zeiden de vroege vaderen: „Dat gebouw is ons veel te groot, veel te duur:" Een deel ervan zou worden
verhuurd, zo besloot men. De meest biedende bleek een kastelein te zijn.
Morele bezwaren daartegen werden niet gehoord — de penningen wogen zwaarder — en aldus betrok de man de
beide achterkamers van het huis, waarvan hij de ene als gelag-, de andere als woonkamer inrichtte. De naam voor
het etablissement lag voor de hand: "'t Raedhuis". Tot op de huidige dag is het zo gebleven; gemeentebestuur en caféhouder huizen
onder één dak.
Geheim geen geheim
De voorkamer (vier bij zes meter) herbergt de secretarie. Vier bureaus,
een tafeltje en vijf stoelen staan er. Net genoeg om burgemeester Kentie, gemeente secretaris Mocking en de drie ambtenaren ter
secretarie van een zitplaats te verzekeren. De staanplaatsen van de weinige ruimte, die er over is,zijn gereserveerd voor de
bezoekers.
Echt moeilijk wordt het pas, als wanneer er een paar ambtenaren van een
of ander verificatiebureau ter controle van de boeken en overige bescheiden komen. Dan moeten stoelen en tafeltjes naar de
„raadzaal" worden gesleept, en er moet een kachel worden aangestoken, opdat de heren uit de stad tenminste zittend en warm hun
werk kunnen doen. „Wij zijn natuurlijk gastvrij, maar ja.... de omstandigheden hier",
lacht burgemeester Kentie. „Tussen raadzaal en gelagkamer zit wel is waar maar één deur, maar dat café is nu eenmaal niet van
ons".
., Ja, die houten deur, Volgens een oud raadsbesluit moet zij steeds gesloten zijn. Niet zo dwaas. Want de geestrijke dranken
staan hier evengoed verleidelijk veel dichter bij de ambtenaren dan in iedere andere Nederlandse gemeente...
Maar alle problemen zijn daarmee de Cothense wereld niet uit. Cothen schijnt niet te geloven in de geluiddempende kwaliteit van
bepaalde materialen en daarom kan het gebeuren, dat een gemeenteraadsdebat er verdrinkt in de zee van klanken, die de bij de
Cothense jeugd populaire juke-box in de aan de raadzaal grenzende gelagkamer uitspuit.
Geheimen bestaan er in Cothen uiteraard niet. Want wat denkt u van een „geheime" raadsvergadering, die voor ieder, die er zin in
heeft, in de gelagkamer kan worden meebeluisterd?
Archief-droogzolder
Op de zolder, gescheiden van de slaapkamers van de kasteleinsfamilie Van Hengstum door een houten rasterwerk, bevindt zich, in
vier houten kasten, het gemeentearchief. Zo onder de dakpannen, waartussen de wind vrij spel heeft. Mevrouw Van Hengstum had — dat
van die wind — gauw ontdekt. Een beste droogzolder, dacht ze. Maar probeer nu eens op wasdag het gemeentearchief te bereiken!
Het gemeentebestuur ziet ook wel in, dat het zo niet langer gaat. Maar wat wil men — de huidige raadsleden zijn waardige nazaten
van hun voorvaderen.
Bijschrift bij foto links: een van de vier houten kasten op zolder, zo onder de pannen, waarin het gemeentearchief is opgeborgen. "Een beste
droogzolder", zegt de kasteleinse. Na de wasdag is het archief bijna onbereikbaar.
|